De Curaçaose gebarentaal moet officieel worden erkend op het eiland, zegt het Nationaal Taalinstituut Curaçao (NTIC). Op dit moment gebruiken zo’n 6000 mensen op Curaçao de Nederlandse Gebarentaal (NGT).
De Curaçaose samenleving kan nog veel verbeteren in de kansen voor dove en slechthorende mensen, zegt Iva Martina, voorzitter van de Curaçaose Stichting voor Auditief Gehandicapten. “Het taboe en de schaamte van vroeger zijn minder geworden, maar op het werk is een beperking nog steeds niet normaal.”
Veel mensen denken dat gebarentaal overal hetzelfde is, maar gebarentaal is net zo verschillend als gesproken talen. Op Curaçao bestaat de gebarentaal niet uit één taal. Net zoals er verschillende gesproken talen zijn op het eiland: Papiaments, Nederlands, Engels, Spaans. De verschillende culturen op het eiland zie je terug in de gebaren die worden gebruikt.
In de jaren 90 werd NGT op Curaçao de officiële taal. Maar volgens Marta Dijkhoff, directeur van het NTIC, is het de laatste jaren duidelijk geworden dat deze taal, die in Nederland is ontstaan, niet goed past bij Curaçao.
“We gebruiken andere gezichtsuitdrukkingen die iets anders betekenen in onze gesproken taal, Papiaments,” legt Dijkhoff uit. “Die passen vaak niet bij de Nederlandse gebaren.” Daarom is liplezen in het Papiaments de basis van de Curaçaose gebarentaal, zegt Martina. “Engelse, Surinaamse en Nederlandse gebaren helpen daarbij.”
Martina zegt dat doven en slechthorenden op Curaçao vooral geholpen worden via liefdadigheid, maar dat moet anders. Ze kunnen goed werken in verschillende banen, maar worden vaak onderschat en daarom niet aangenomen.
Om dit te veranderen, werken Martina en Dijkhoff aan het oprichten van een commissie voor meer bewustwording. Ze willen meer aandacht voor gebarentaal op tv en zijn bezig met een interactief tv-programma dat volgend jaar klaar moet zijn.