Gijs Bouwmeester, kuddebeheerder voor Natuurmonumenten in Drenthe en Friesland, ziet dat het gedrag van grote runderen anders is geworden door de aanwezigheid van wolven. De kudde (groep) van ongeveer tachtig Spaanse Sayaguesa-runderen, loopt al twaalf jaar als een grote famile vrij rond in een groot gebied van duizend hectare.
Kort geleden werd er een kalf waarschijnlijk gepakt door een wolf en dat gebeurt vaker. Maar het aantal verloren kalveren was in 2022 elf en vorig jaar ging het om zes kalveren.
De kudde past zich aan door ’s nachts dicht bij menselijke activiteiten te blijven, zoals wegen, fietspaden en woningen met waakhonden. Wolven zijn bang voor de waakhonden.
Zelfs tijdens de bevalling gedragen de koeien zich anders. Normaal gaat een koe vlak voor de bevalling apart van de kudde om in alle rust het kalf te baren, maar steeds vaker gaat er een klein groepje koeien mee of blijft de koe dicht bij de kudde.
Bouwmeester vindt de aanwezigheid van wolven niet alleen maar negatief, want zo wordt het aantal runderen niet te groot. Anders zou het land worden kaalgevreten door de kudde.
Als er een dood kalf wordt gevonden, krijgt de wolf al snel de schuld. Maar dat is niet altijd terecht, zegt Bouwmeester. Er zijn ook andere doodsoorzaken. Gemiddeld gingen er eerst twee en vier kalveren per jaar dood.
Bouwmeester heeft een groot en hoog hek geïnstalleerd in een aparte vangweide. Hier kan hij de dieren in de winter voor een paar weken houden. Dit is nodig voor medische controles, zoals het plaatsen van oormerken en selectie. Sindsdien hebben ze daar geen problemen meer gehad met de wolf.
Natuurmonumenten gebruikt grote grazers om het landschap open te houden en te voorkomen dat heide, duinen en graslanden te veel dichtgroeien. Ook zorgt dit voor meer variatie in de planten.