Een nieuwe manier om dak- en thuislozen te tellen laat een diverser beeld zien dan eerder gedacht. In verschillende Brabantse gemeenten werden kinderen en vrouwen ontdekt. Dit betekent dat het stereotype van een dakloze man van middelbare leeftijd op een bankje of in een opvang niet klopt. Ongeveer 1/3 van de volwassenen is vrouw, en bijna 25% is minderjarig. Onder de volwassenen waren er 54 verschillende nationaliteiten.
Er zijn verschillende leefsituaties. De meeste van de 1500 getelde dak- en thuislozen verblijven bij vrienden, familie of kennissen, terwijl anderen op alternatieve plaatsen zoals in auto’s of schuren wonen. Het aantal mensen dat op straat of in een opvangcentrum leeft, is klein.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) rapporteert jaarlijks over het aantal daklozen in Nederland, maar hun cijfers richten zich alleen op daklozen tussen 18 en 65 jaar oud. De nieuwe telling in Noordoost-Brabant ging over verschillende leeftijdsgroepen en werd gedaan in twaalf gemeenten.
Hoe ging de nieuwe telling in zijn werk? Op 16 mei van dit jaar hebben ongeveer honderd organisaties tegelijkertijd thuis- en daklozen in kaart gebracht. Dat zijn organisaties die dicht op dak- en thuislozen staan, zoals de daklozenopvang. Ook organisaties die niet direct betrokken zijn bij deze groep hebben meegedaan, zoals scholen en de NS. De telling was in twaalf grote en kleine gemeenten in Noordoost-Brabant.
Het doel van de nieuwe manier is om een nauwkeuriger beeld te krijgen van dak- en thuislozen. Hierdoor kan beter beleid worden ontwikkeld met als doel om dakloosheid vanaf 2030 niet meer te laten bestaan.
Meer dan vijftig andere gemeenten gaan dezelfde manier toe te passen in de lente van 2024. Deze manier biedt gemeenten specifieke informatie om beter beleid te voeren en dak- en thuislozen te helpen.