Kritiek op gesloten Jeugdzorg in Nederland
Een recent onderzoek door stichting Het Vergeten Kind heeft zorgwekkende problemen laten zien in de gesloten jeugdzorg. Uit het onderzoek blijkt dat jongeren die uit de gesloten jeugdzorg komen, vaak ernstige problemen hebben. Maar liefst 76 procent van de jongeren die zijn ondervraagd, zegt dat ze psychische problemen hebben na hun tijd in de gesloten jeugdzorg. Wat ze nodig hebben is zorg en aandacht, maar in de gesloten jeugdzorg is drang en dwang. Hierdoor krijgen de kinderen extra trauma’s en nachtmerries. Bovendien krijgen ze niet de behandeling die ze nodig hebben. Gesloten jeugdzorg is bedoeld voor jongeren met ernstige gedragsproblemen, psychische problemen, of jongeren die een gevaar vormen voor zichzelf of anderen. Deze jongeren krijgen intensieve zorg en begeleiding in een afgesloten omgeving voor een bepaalde periode, waarbij ze niet vrij mogen bewegen en voortdurend toezicht krijgen. Onlangs heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden besloten om het verblijf van een 15-jarig meisje in een gesloten jeugdzorginstelling te beëindigen vanwege een “inhumane situatie.” Het meisje verbleef al meer dan twee jaar in de instelling zonder passende behandeling te krijgen en kreeg alleen medicatie. Ze bracht bijna 22 uur per dag in isolatie op haar kamer door. Tegelijkertijd zijn ernstige problemen aan het licht gekomen bij de Friese jeugdzorginstelling Woodbrookers, waar pijnprikkels werden gebruikt om jongeren met problemen onder controle te houden. Het meisje waar dit rapport grotendeels om draait, heeft aangifte gedaan van kindermishandeling. Woodbrookers moet sluiten op 1 juli 2024. Deze zorgwekkende incidenten bij Woodbrookers en het hartverscheurende verhaal van het 15-jarige meisje benadrukken de dringende noodzaak om het systeem van gesloten jeugdzorg in Nederland grondig te herzien en te verbeteren. Het is duidelijk dat er grote veranderingen nodig zijn om de veiligheid en het welzijn van deze kwetsbare jongeren te waarborgen. Het Vergeten Kind pleit voor investeringen in andere, kleinschalige woonomgevingen en betere ondersteuning van hulpverleners.