DNieuws

Het RIVM [instituut van de overheid dat zich bezighoudt met de volksgezondheid en milieu, red.] zegt dat er steeds meer pasgeboren baby’s zijn die zeer ziek worden door kinkhoest. 

Nu krijgen elke week in Nederland ongeveer 250 mensen kinkhoest. Hiervan zijn er 110 kinderen, waarvan ongeveer twintig baby’s. RIVM zegt dat dat veel meer is dan de afgelopen jaren. RIVM maakt zich vooral zorgen om de stijging bij pasgeborenen en jonge kinderen. De toename is vooral te zien in gebieden waar weinig wordt gevaccineerd, zoals de Biblebelt. 

Kinkhoest komt door een bacterie in de longen. Je kan er hevige hoestbuien van krijgen. Iedereen kan ziek worden, maar voor pasgeboren baby’s is het gevaarlijk. Van het hevige hoesten kunnen ze uitgeput en benauwd raken en slechter gaan drinken. Ook kan de ademhaling van de baby’s soms even stoppen, waardoor hun longen of hersenen beschadigd kunnen raken. Heel soms gaan er baby’s dood. 

90 procent van de baby’s die kinkhoest krijgen, is niet gevaccineerd. Ongeveer de helft van deze baby’s moet in het ziekenhuis worden opgenomen. 

In de tijd van corona was er bijna geen kinkhoest. Door de coronaregels hadden mensen hadden minder contact met elkaar, dus kon de bacterie zich minder verspreiden. Maar omdat onze weerstand tegen kinkhoest daardoor ook minder is geworden, verspreidt de bacterie zich nu veel meer dan vroeger. 

Wat kun je doen om te voorkomen dat baby’s kinkhoest krijgen?
1) Zwangere vrouwen kunnen vanaf 22 weken een vaccinatie halen tegen kinkhoest. Dan is de kans een stuk kleiner dat een pasgeboren baby kinkhoest krijgt.
2) Baby’s kunnen volgens het vaccinatieprogramma het vaccin krijgen. Dat zit in de DKTP-prik [standaardprik tegen Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Polio, red.]
3) Mensen die hoesten en snotteren moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en baby’s. 

Deel dit
Ga naar de inhoud