DNieuws

Minister Faber (PVV) van Asiel heeft vorige week woensdag 4 september gezegd dat ze stopt met het betalen van de opvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Dit heette de ‘bed-bad-brood-regeling’, dat op 1 januari volgend jaar zal stoppen. De minister wil zich richten op terugkeer naar het land van herkomst, in plaats van op gesubsidieerde opvang. Nu nog worden uitgeprocedeerde asielzoekers in vijf steden, namelijk Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Groningen en Eindhoven, opgevangen met een bed, bad/douche en eten. Dit moet ervoor zorgen dat deze mensen niet op straat gaan zwerven en voor overlast zorgen. 

Faber zegt dat deze mensen al lang hadden moeten vertrekken, omdat ze geen recht hebben op verblijf in Nederland. Ze voegt toe dat hulp wordt geboden bij hun terugkeer, maar dan moeten zij wel meewerken. Ook werkt de minister aan een wet die het weigeren van terugkeer strafbaar maakt. 

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is het niet eens met dit besluit. Zij vinden dat gemeenten moeten blijven zorgen voor opvang en hulp aan uitgeprocedeerde asielzoekers, zodat ze niet op straat belanden. De VNG zegt dat het de taak van de minister is om een goede oplossing te vinden als terugkeer naar hun land niet mogelijk is. 

De Amsterdamse wethouder Rutger Groot Wassink maakt zich ook zorgen over het besluit. Hij vindt het “heel onverstandig” en zegt dat de ‘bed-bad-brood-regeling’ heeft gezorgd voor rust in Amsterdam. De stad zal de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers volgend jaar zelf blijven betalen, maar de wethouder waarschuwt dat dit niet voor altijd vol te houden is. 

De politie waarschuwt dat dit besluit kan zorgen voor meer onveiligheid, zowel voor de groep uitgeprocedeerde asielzoekers als voor de samenleving. “Als mensen geen hulp meer hebben, worden ze erg kwetsbaar, vooral als ze geen papieren hebben,” zegt de politie. Ze kunnen op straat belanden en hebben meer kans om in de criminaliteit of in een situatie van misbruik terecht te komen. 

Deel dit

Geef een reactie

Ga naar de inhoud